Vereniging ION

Afgelopen zomer verwelkomde NEN een nieuwe begeleider van de normcommissies die voor onze branche van groot belang zijn. Isabel Polderdijk is vertrokken naar de VVVF waar zij als projectleider werkt met focus op de bouw. Haar opvolgster bij NEN is Yvette Mulder. Hoe kijkt zo’n ’verse buitenstaander‘ tegen onze branche aan en hoe denkt zij over de betekenis van normen? Hoog tijd om haar voor te stellen.

Vroeg in het gesprek maakt Yvette Mulder al duidelijk dat de branche oppervlaktetechnieken voor haar tot voor kort een grote onbekende was en dat ze dat ook wel prima vindt. “Hiervoor werkte ik als proposal manager bij een beveiligingsbedrijf en dat was ook al niet een baan waarvan je zou zeggen dat die goed aansluit bij mijn opleiding. Ik ben namelijk historica en ik heb tijdens mijn studie geleerd om snel grote lijnen te zien, hoofdzaken te ontdekken en snel te kunnen doorzien wat de kern is. Dat is wat ik vaak heb gedaan en nu ook steeds doe. Ik ben met opzet niet inhoudelijk betrokken bij de normcommissies en bij de branche. Ik vind dat heel goed, want ik wil juist enige afstand bewaren tot de branche oppervlaktetechnieken, zodat ik objectief kan blijven en de juiste vragen kan stellen. Voor mij als consultant van NEN is het heel erg belangrijk om neutraal te blijven, geen partij te kiezen en inhoudelijk geen mening over een onderwerp te hebben. Dat spreekt me heel erg aan.”

Ze voelt zich in deze rol als een spin in het web. “Wat ik heel mooi vind aan NEN is dat juist deze positie je toegang verschaft tot allerlei bedrijven, sectoren en plekken in de samenleving waar je anders geen toegang toe zou krijgen. Dat vind ik heel interessant. Gelet op het werkveld van ION begeleid ik drie normcommissies en ik vind het prachtig om te zien hoe gefascineerd en gepassioneerd de veel verschillende stakeholders over hun vak praten en opkomen voor hun belangen. Het begeleiden van de drie normcommissies is overigens niet mijn enige taak. Ik werk ook aan een heel groot certificatieschema dat Veiligheidsladder heet en gaat over het veiligheidsbewustzijn in organisaties. Daarnaast begeleid ik twee normcommissies die gaan over verkeer. De ene gaat over geluid beperkende constructies langs snelwegen en het spoor en de andere gaat over horizontale wegmarkeringen.”

Levendige branche

Op pagina 34 staat een artikel over de Veiligheidsladder. Hoe denkt zij invulling te gaan geven aan haar taak? “Ik zie mezelf als iemand die ten dienste staat van de normcommissies. De leden daarvan hebben bepaalde – vaak tegengestelde – belangen en zijn het niet altijd met elkaar eens. Dat is ook precies zoals ik het hebben wil, zodat een norm van alle kanten bekeken wordt. Mijn rol zie ik als aansturen, begeleiden en voor een groot deel ook faciliteren en adviseren van de leden. Dat vergt de nodige kennis van de normalisatieregels, onderhandelingstechnieken op internationaal niveau en hoe je te maken afspraken het beste verwoordt. Daarbij moet ik ervoor zorgen dat iedereen zijn input kan leveren, ongeacht wat de rest daarvan denkt. Het uiteindelijke doel is dat dankzij de input die binnen de normcommissie geleverd wordt er een norm komt die ook helemaal weergeeft wat de Nederlandse markt nodig heeft. Dit is weer van belang in relatie tot het speelveld van internationale normontwikkeling. Met het oog op dat speelveld is kennis ook heel belangrijk, dus ik faciliteer kennisdeling binnen de normcommissies.”

Ondertussen is het de vraag welk beeld zij heeft van onze branche sinds zij de voor ons relevante normcommissies begeleidt. “Ik kan wel zeggen dat de leden van die normcommissies onwijs gepassioneerd zijn. Het is een ontzettend levendige branche met grote belangen en met heel veel verschillende technieken en methodieken. Het is een branche met een heel breed werkveld. Dat zie je ook terug in de normen. Dat zijn er veel en iedere norm moet om de vijf jaar worden herzien, of eerder als daar goede aanleiding voor is. Gelukkig zijn er dit jaar behoorlijk wat leden bijgekomen in de commissies die ik ondersteun. Voldoende leden is wel een continu aandachtspunt voor een goed functioneren van een normcommissie. Het is belangrijk dat verschillende applicateurs, verschillende technieken en verschillende perspectieven aan tafel zitten. Ik wil ook dat iedereen die belang heeft bij een norm gewoon meepraat en niet ervan uitgaat dat andere partijen wel hun belangen zullen behartigen. Ik roep bedrijven die nu niets met normen doen dan ook op om zich goed te informeren

WAARDE VAN NORMEN

Yvette Mulder beseft dat normontwikkeling niet als een sexy onderwerp wordt gezien. “Ik denk dat bij meer mensen wel bekender mag worden wat normen nu precies doen en zijn. Normen worden nu vaak gezien als iets lastigs of als beknellend. Veel mensen denken dat normen zoiets als wetgeving zijn. Maar dat is niet zo en normen zijn ook niet in beton gegoten. Ze worden veel vaker gewijzigd dan wetgeving en je kan er als bedrijf zelf veel invloed op uitoefenen. Ik vind het jammer dat wanneer een bedrijf samenwerkt met andere partijen in de branche er dan niets gedaan wordt met normen, want normen kunnen juist heel erg helpen om minder interpretatieverschillen te krijgen over bijvoorbeeld een testmethode. Het zou goed zijn als meer mensen de mogelijkheden van normen zouden zien.”

In het algemeen gaan de ontwikkelingen in de techniek snel en dat is in de branche oppervlaktetechnieken niet anders. Weliswaar duurt een normalisatietraject een aantal jaar (afhankelijk van welk type norm men wil hebben kan het ook sneller), maar dat betekent niet dat ze technische ontwikkelingen niet bij zou kunnen houden. “Je ziet vaak dat wanneer een norm nog niet af is de betrokken partijen wel goed met elkaar in gesprek zijn. Het netwerk is er al en het onderwerp wordt door de ontwikkeling van de norm extra aangejaagd. In plaats van dat de norm er achteraankomt, kun je juist zeggen dat normen ervoor zorgen dat de leden van de normcommissie vooroplopen. De normontwikkeling helpt juist om nieuwe technieken verder vorm te geven.”